OK  
  OK        Cancel  

BOOKS

Verdeyen, Paul. Jan van Ruusbroec. Mystiek licht uit de middeleeuwen. Leuven Davidsfonds 1996, Tweede volledig herwerkte druk.
€ 8.50
Softcover, 167pp., 16.5x24cm;, ills. in z/w., in zeer goede staat (zeer lichte gebruikssporen). ISBN: 9789061529361.
Itemnummer 15600
Het eerste deel van dit boek probeert het leven te schetsen van Jan van Ruusbroec, die tot zijn vijftigste jaar als priester in de Brusselse hoofdkerk dienst deed en zich daarna in de afzondering van het Zoniënbos terugtrok. Sinds 1931 publiceren de leden van het Ruusbroecgenootschap en andere eminente geleerden talrijke studies die de kijk op Ruusbroec en zijn omgeving op vele punten hebben gecorrigeerd of genuanceerd. Daarom heeft het nut de huidige stand van het onderzoek in een doorlopend verhaal samen te vatten. Het zal de lezer niet ontgaan dat onze informatie nog talrijke leemten vertoont en dat vele vragen voorlopig onopgelost blijven. De geschiedschrijving is nog niet in staat een volledig en definitief verslag te schrijven over de manier waarop Ruusbroec te Brussel en te Groenendaal heeft geleefd en gewerkt. Het tweede deel van deze publicatie biedt een bloemlezing uit de werken van de middeleeuxse ziener. Hij richt zich tot lezers met een solide geestelijke vorming, die bereid zijn met hem verder na te denken over de grote vragen van leven en geloof. In die zin schrijft Ruusbroec voor een uitgelezen publiek, dat ook in zijn tijd niet erg talrijk zal geweest zijn. De teksten werden bewust gekozen om mogelijke drempelvrees van sommige geïnteresseerde lezers te overwinnen en om hen in de wereld van de wijze man uit het verleden binnen te leiden. Daarom werden de uitgekozen passages geordend volgens tien kapittels, die de voornaamste kenmerken van Ruusbroecs spiritualiteit naar voren brengen. Wie na deze kennismaking naar meer en beter verlangt, zal beslist zijn gading vinden in de lectuur van enkele volledige traktaten. Dan moet zonder meer worden aanbevolen om met het werkje Vanden blinckenden steen te beginnen, om daarna Die gheestelike brulocht aan te durven.






Back to Top